Harderwijk - monumentenbeschrijving 0000.0011

 

        Literatuur

- Voorloopige Lijst der Nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst, deel IV: De Provincie Gelderland, opgemaakt en uitgegeven door de Rijkscommissie tot het opmaken en uitgeven van een Inventaris en eene Beschrijving van de Nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst. Utrecht (Oosthoek), 1917. [262 blz. ISBN -]. Hierin: "Harderwijk" (gem. Harderwijk): blz. 93-99.

- Rijkscommissie voor de Monumentenbeschrijving, Kunstreisboek voor Nederland. Samengesteld in 1965. Amsterdam (Van Kampen), 1969 [713 blz. ISBN -]. Hierin: "Harderwijk": blz. 219-221

- Stenvert, Ronald & Chris Kolman & Sabine Broekhoven & Ben Olde Meierink, Gelderland. Deel in de serie 'Monumenten in Nederland', nr 5. Zeist (Rijksdienst voor de Monumentenzorg), Zwolle (Waanders), 2000cop. [412 blz. ISBN 90.400.9406.3]. Hierin "Harderwijk": blz. 24 (stadhuis), 183-188

- Knoop, W.H., Architectuur en stedebouw in Gelderland 1850-1940. Deel in de serie 'Monumenten Inventarisatie Project', nr 14. Zwolle (Waanders), Zeist (Rijksdienst voor de Monumentenzorg), 1995. [176 blz. ISBN 90.400.9749.6]. Hierin blz. 36 (Prins Hendriklaan en Prins Mauritslaan: complex rug-aan-rug gelegen onderofficierswoningen)

- Hoefer, F.A., "Meededelingen omtrent de monumenten van Harderwijk". In: Oudheidkundig jaarboek van den Nederlandschen Oudheidkundigen Bond, juni 1923, blz. 103-126.

- Vredenberg, Jan, Monumentengids Harderwijk. Deel in de serie 'Monumenten in Gelderland', nr 6. Utrecht (Matrijs) & Arnhem (Gelders Genootschap), 2005. [172 blz. ISBN 90.5345.266.4]

- Penders, J.M.H., "Een bouwhistorische inventarisatie in Harderwijk". In: Bulletin KNOB, 1995 (jrg 94-nr 5), blz. 135-142.

- Penders, Jean, Harderwijk. Bouwhistorische inventarisatie, aanvullende waarnemingen. Rapport, Arnhem (Gelders Genootschap), 1996. [220 blz. ISBN -].

- Penders, Jean (Gelders Genootschap), "Bouwhistorisch onderzoek in Harderwijk". In: Nieuwsbrief Nederlandse Vereniging van Monumentenzorgers, 1996, nr 3, blz. 5-6